Als je de afgelopen weken het nieuws een beetje hebt gevolgd of simpelweg naar buiten hebt gekeken, heb je ongetwijfeld gemerkt dat inmiddels de gehele Europese landbouw zucht onder de onverbiddelijke droogte. Het is overal kurkdroog en fruittelers en akkerbouwers beginnen de gevolgen duidelijk te merken.
Terwijl de graanoogst in de Baltische staten wordt bedreigd is het in Zweden al sinds mei droog. Daar leidt de extreme droogte inmiddels tot een nationale boerencrisis. Veehouders zijn gedwongen om hun wintervoorraden aan te spreken, veldgewassen leveren maar de helft op, meren en vijvers komen droog te staan.
Het slechte nieuws is dat dit steeds meer de norm gaat worden, sterker nog volgens de experts wordt het alleen maar erger. Kortom, in de komende jaren zullen wij ook in dit deel van de wereld het belang van schoon water veel meer gaan waarderen dan in het verleden. We zullen steeds meer maatregelen moeten nemen om zo efficiënt mogelijk om te gaan met deze essentiële hulpbron. SDG 6 “Clean Water and Sanitation” komt anders ernstig in gevaar.
Welke maatregelen moeten dan genomen worden? Aangezien bijna 70% van het zoetwater wordt gebruikt in de landbouw is het slim om daar vooral op te focussen. In Zuid-Afrika (dat eerder dit jaar ook kampte met een enorme droogte waardoor de watervoorraad voor bijna drie miljoen inwoners van Kaapstad dreigde op te raken) werken wij nauw samen met verschillende biologische boeren waaronder de druiventeler Eddie Redelinghuys. De drie boerderijen van Eddie hadden in april nog watervoorraden, terwijl gangbare telers al enkele maanden zonder zaten. Sterker nog, Eddie leverde maandenlang water aan zijn conventionele buurman die daarmee toch zijn wortelen kon telen.
Wat doet Eddie dan zo anders dan zijn gangbare buurman? Hij zorgt voor zijn bodem door in plaats van kunstmest compost te gebruiken en groenbemesters te planten in plaats van onkruidverdelgers te spuiten. Hierdoor neemt het bodemleven en het organische stofgehalte toe en daarmee de sponswerking van de grond. Die sponswerking zorgt er voor dat biologische boeren in sommige gevallen tot wel 60% minder water hoeven te gebruiken, vergeleken met hun gangbare buurman.
Een mooie bijkomstigheid is dat zo’n gezonde bodem het water ook prima kan afvoeren tijdens piekbuien. Dat heeft dan weer alles te maken met de grootste vriend van iedere boer … de worm die zich erg thuis voelt in een rijke bodem. Toen biologische akkerbouwer Chris van de Sterre een paar jaar geleden werd geconfronteerd met enorme regenbuien zag hij een duidelijk verschil tussen het land waar nog op een gangbare manier aardappels werden geteeld en zijn biologische spruitenvelden. Terwijl het ene veld onder water stond en de aardappels lagen weg te rotten was er niets aan de hand bij zijn spruiten. Die bodem zat namelijk vol met pendelwormen (regenwormen die verticaal graven) die voor een goede drainage zorgden waardoor de spruiten het hebben overleefd.
Kortom: de problemen met de wereldwijde waterhuishouding, die het gevolg zijn van klimaatverandering, schreeuwen om een grootscheepse omschakeling naar de klimaat-, bodem- en waterslimme duurzame landbouw.