Vooruitgang op SDG 5 – gendergelijkheid – is niet vanzelfsprekend, stelt SDG-adoptieouder Kirsten van den Hul (PvdA). “We denken soms dat we hier alles al gedaan hebben voor gelijkheid tussen vrouwen en mannen, maar dat klopt gewoon niet.”
Waar bent u trots op als adoptieouder van SDG 5?
Twee dingen springen er voor mij uit. Ten eerste de SDG-toets. Ik ben heel blij dat die er mede door onze inzet is gekomen. Ten tweede ben ik erg blij dat we het onderwerp gender based violence hoger op de agenda hebben kunnen zetten.
Waarom speelt die SDG-toets zo’n belangrijke rol?
Het is belangrijk om te beseffen dat wetgeving niet alleen een positief maar ook een negatief effect kan hebben. Daarom is die SDG-toets zo belangrijk. Als blijkt dat een wet negatieve consequenties heeft voor andere doelen, dan moeten we die herzien. Helaas wordt de toets te weinig toegepast. Daar heb ik minister Kaag onlangs over aangesproken (de SDG’s vallen onder Kaags ministerie voor International Handel en Ontwikkelingssamenwerking, red.). Nu zal er een concreet plan worden gemaakt om de SDG-toets beter tot uitvoering te laten komen.
Door de crisis zijn bestaande ongelijkheden nog vergoot. Het virus treft niet iedereen op dezelfde manier; vrouwen worden vaak extra hard getroffen.
Veel mensen zouden vergeten dat geweld op basis van gender zo’n probleem blijft in Nederland.
Ja, en corona heeft daar zelfs een extra impuls aan gegeven. Door de crisis zijn bestaande ongelijkheden nog vergoot. Het virus treft niet iedereen op dezelfde manier; vrouwen worden vaak extra hard getroffen. Dat zie je in het buitenland. Kijk naar Bangladesh, waar de crisis vrouwen en meisjes in de textielsector extra kwetsbaar maakt, nu veel orders worden gecanceled. Ook in Nederland zien we dat vrouwen kwetsbaar zijn, geweld achter de voordeur neemt doe. Ik doe hard mijn best om daar steeds weer aandacht voor te vragen.
Het lijkt alsof vooruitgang boeken op SDG 5 niet vanzelfsprekend is?
Soms voelt het alsof er in het politieke debat over gendergelijkheid stappen terug zijn gezet. Er zijn hier in Nederland partijen die inspanningen dwarsbomen om vrouwen en mannen gelijke kansen te gunnen. Anderen denken dan weer dat alles hier op het gebied van gendergelijkheid al is gerealiseerd. Dat is gewoon niet zo. Kijk naar vrouwen die verhinderd worden bij abortusklinieken.
Valt Nederland ten prooi aan een internationale, conservatieve trend?
Je ziet dat een thema als gender tegenwind krijgt in landen als de Verenigde Staten, Rusland en Brazilië. Die impact voelen we hier ook. Die trend speelt al langer. In 2011 was ik vrouwenvertegenwoordiger bij de VN. Ik ging daar achteraf gezien misschien nogal optimistisch naartoe. Ik moest constateren dat alles ging over het behouden van de status quo. Dát was de inzet van progressieve landen als Nederland: voorkomen dat we zouden moeten inleveren.
Er zijn hier in Nederland partijen die inspanningen dwarsbomen om vrouwen en mannen gelijke kansen te gunnen.
Terug naar de Nederlandse politiek. Heeft u het idee dat de SDG’s hier een zichtbare rol hebben gepeeld in de afgelopen regeerperiode?
Een van mijn frustraties over de SDG-agenda is dat die heel beperkt is belegd in onze regering. Als coördinerend minister is Kaag weliswaar aanzetter voor een deel van die agenda, maar daar blijft het ook bij. Een partij brede focus op beleidscoherentie ontbreekt en is wel nodig.
De SDG’s zijn met andere woorden niet belegd in het juiste ministerie?
Inzet op de doelen zou kabinet-overstijgend moeten zijn. Het mooiste zou natuurlijk zijn als ze bij het ministerie van Algemene Zaken ondergebracht worden.
Waarom blijft het zo moeilijk om kabinetsbreed die SDG’s te omarmen?
Veel mensen zitten nog vast in hun hoofd met het beeld van de Millenniumdoelstellingen (de MDG’s waren van kracht tussen 2000 en 2015, red), die zich richten op het globale zuiden. De SDG’s gaan ook over ons. In Nederland valt er nog een wereld te winnen. Bij gender gaat het bijvoorbeeld om geweld tegen vrouwen, maar ook over hoeveel vrouwen er in onze raden van bestuur zitten.
Veel mensen zitten nog vast in hun hoofd met het beeld van de Millenniumdoelstellingen, die zich richten op het globale zuiden. De SDG’s gaan ook over ons.
Wat is uw advies aan het volgende kabinet?
Enerzijds: zorg voor bewustwording. De SDG’s zijn iets van dichtbij en we moeten de hand in eigen boezem durven steken. Maar ook: kijk interdisciplinair naar problemen. Want de realiteit is dat we te veel in hokjes werken. Dat merk ik als woordvoerder voor huiselijk geweld. Dat is zo’n onderwerp dat zich uitstrekt over verschillende ministeries. Dan is het moeilijk om alle partijen samen te brengen. De SDG’s zijn een uitstekende tool om die verbinding toch te leggen.
Kunnen we op vlak van SDG 5 lessen trekken uit de coronacrisis?
We hebben het vaak over vrouwen en moeders, maar ik denk dat nu ook vaders voelen hoe pittig de combinatie van werk, zorg en thuisonderwijs is. Ik hoop dat dit veel gesprekken aan de keukentafel gaat opleveren, en dat we daaruit weer vooruitgang kunnen boeken. De coronacrisis laat ook goed zien dat vrouwen oververtegenwoordigd zijn in de vitale sectoren en daar doorgaans lager voor beloond worden. Ik hoop dat de waardering daarvoor groeit en dat we ons voortaan vaker zullen afvragen wat we daar tegenover stellen.
Foto van pvda.nl
Interview door Jurrian Veldhuizen (Foundation Max van der Stoel) en Samuel Hanegreefs (SDG Nederland)
Lees hier de andere interviews uit de reeks.
Na de Tweede Kamerverkiezingen in 2017 lanceerde Building Change de campagne ‘Adopteer een SDG’. Meer dan 25 Tweede Kamerleden, uit acht verschillende politieke fracties, adopteerden één of meerdere Duurzame Ontwikkelingsdoelen. Een coalitie van maatschappelijke organisaties rond Building Change ondersteunde hen met informatie en adviezen. Nu de kabinetsperiode ten einde loopt en in aanloop naar de verkiezingen van 17 maart, maken we samen met een aantal van de adoptieouders de balans op.