Bij kruiden- en sauzenfabrikant Verstegen praat het management regelmatig over de Duurzame Ontwikkelingsdoelen (SDG’s). “We stellen onszelf telkens de vraag waar we een verschil kunnen maken”, zegt Marianne van Keep, Directeur Duurzaamheid.
Op welke manier zijn de SDG’s een meerwaarde gebleken in uw organisatie?
Van Keep: Het mooie aan de Duurzame Ontwikkelingsdoelen is dat ze zo herkenbaar zijn. Ze helpen je om je boodschap beter te duiden. We zijn al veel langer dan vijf jaar bezig met duurzaamheid. Voorheen waren er de Millenniumdoelstellingen. Maar die waren niet heel overzichtelijk en niet zo praktisch toepasbaar. De SDG’s zijn wel heel geschikt om mee aan de slag te gaan. Ik kan me ook goed voorstellen dat wanneer je nog weinig hebt gedaan rond duurzaamheid, de SDG’s een uitstekende tool zijn om ermee te beginnen.
Hoe uit zich dat in jullie bestuur?
Van Keep: De SDG’s geven ons toetsing. We stellen onszelf telkens de vraag waar we nog een verschil kunnen maken. Dat gebeurt bij alles wat we doen. De doelen komen daarom ook ter sprake wanneer het management rond de tafel zit. Dan bots je soms op zaken waar we nog niks mee doen, maar waar we toch een impact kunnen hebben.
Heeft u concreet voorbeeld van hoe jullie de SDG’s toepassen?
Van Keep: We zijn onder meer bezig met agroforestry en CO2-reductie. We gebruiken ook blockchain, een soort van database waarin transacties worden opgeslagen, om onze keten transparanter te maken. Als je die dingen aan een kapstok zoals de SDG’s kan hangen, worden ze plots veel herkenbaarder. Iedereen, zowel intern als extern, spreekt dezelfde taal. Daarom vinden we ook SDG 17 – over samenwerken om de doelen te bereiken – zo belangrijk.
Als je die dingen aan een kapstok zoals de SDG’s kan hangen, worden ze plots veel herkenbaarder.
Om binnen tien jaar de SDG’s te behalen, hebben we verschillende grote en kleine transities nodig. Hoe dragen jullie bij?
Van Keep: Er zijn een aantal zaken waarop wij willen inzetten. Bij alles is transparantie de rode draad. We proberen ook snel concrete stappen te zetten. Soms kan je wachten op alle antwoorden, of je kan gewoon ergens beginnen. Wij kiezen voor dat laatste. Zo streven we ernaar om klimaatpositief te zijn. Dan hebben we het in de eerste plaats over onze productielocatie in Rotterdam. Drie of vier jaar geleden besloten we om daar af te stappen van gas, en over te schakelen – niet op biomassa – wel op zonne- en windenergie.
Wij werken graag samen met onderwijs. De toekomstige generatie moet een sleutelrol moeten spelen in wat je wil bereiken.
U noemt SDG 17 als erg belangrijk. Op welke manier gaan jullie partnerschappen aan?
Van Keep: Wij werken graag samen met onderwijs. De toekomstige generatie moet een sleutelrol moeten spelen in wat je wil bereiken. We geven bijvoorbeeld regelmatig opdrachten aan opleidingen. Dat hebben we gedaan bij de HAS hogeschool. Een groep bracht daar een productieketen in beeld en kwam met het advies dat we veel dichter bij de boeren moesten gaan staan. Daar hebben we naar geluisterd. Een van die studenten hebben we aangenomen. Intussen zijn er drie mensen die vier programma’s runnen in het buitenland. We streven ernaar dat boeren meerdere gewassen planten die elkaar versterken. Dat is goed voor de biodiversiteit en het zorgt ervoor dat de boer een gelijkmatiger inkomen heeft.