Avans Hogeschool, pionier op vlak van de SDG’s, moedigt studenten aan om tijdens hun stage de Duurzame Ontwikkelingsdoelen te implementeren. “De samenwerking met het bedrijfsleven is echt van vitaal belang”, stelt coach en onderzoeker Kees van Kaam.
Op welke manier zijn de SDG’s een meerwaarde gebleken in jullie hogeschool?
Van Kaam: Het is belangrijk om te beseffen hoe alle economische ketens met elkaar verbonden zijn. Kijk naar bedrijven die afval verwerken: als je in die keten dingen wil veranderen, heb je de afvalverwerker, de plasticfabrikant én de levensmiddelenindustrie nodig. Die lijn moeten we doortrekken naar het onderwijs. Daar verbinden we ook verschillende onderwijspartners. Dan helpt een platform zoals SDGsOnStage.nl. Dat verbindt onderwijs en bedrijfsleven rondom de SDG’s.
Hoe zetten jullie de SDG’s om van theorie naar actie?
Van Kaam: Precies dat gebeurt tijdens de stages van studenten. Daar maken we de verbinding tussen het onderwijs en organisaties die stageplaatsen aanbieden aan HBO-studenten. Tijdens zo’n stage kunnen studenten organisaties helpen om een vertaalslag te maken naar de SDG’s. Zo hadden we een student die bij een bedrijf terecht kwam dat spijkerbroeken voor kinderen duurzamer wil maken. Zij bracht in beeld hoe het product precies gemaakt wordt en hoe het bedrijf een nieuw verdienmodel kan opzetten.
Zo maakt de hogeschool de brug tussen onderwijs en praktijk?
Van Kaam: Het omzetten van de theorie naar de praktijk is echt de essentie van wat hogescholen doen. Ruimte en middelen voor praktijkgericht onderzoek van lectoren is daarom zo belangrijk. Ook de samenwerking met overheden en bedrijfsleven is daarbij van vitaal belang. Daarnaast is onze hogeschool zelf transparant in de bijdrage aan de duurzame doelen. (zie ook het jaarverslag 2019).
De studenten helpen de bedrijven dus op weg?
Van Kaam: Het is opmerkelijk hoe ontvankelijk studenten zijn voor de SDG’s. Zij kunnen dat echt enorm snel oppakken en vertalen. Zo was er bijvoorbeeld een project waarbij studenten uit één van onze afdelingen de data van de enorme afvalberg van afgeschreven windmolens verzamelden, om dan uit te zoeken hoe je die materialen op een goeie manier kan traceren en verwerken. Dat was allemaal gebaseerd op de SDG’s. En zo zijn er nog verschillende praktijkvoorbeelden. Ook andere opleidingen en hogescholen hebben tal van good practices.
Het gaat erom de dingen concreet te maken. Wat hangt er bij jou in de kast? Wat eet jij? Wat zie jij een bedrijf doen?
Op welke manier maken jullie de SDG’s voor hen zo aantrekkelijk?
Van Kaam: Het komt erop neer de studenten uit te dagen. Wij doen dat op twee manieren. Enerzijds door projecten te omschrijven als SDG-challenges, zoals bij het voorbeeld van de windmolens. Daarnaast moedigen wij studenten aan om onderzoeksvragen te creëren rond de SDG’s. We vragen hen om precies uit te zoeken hoe een bedrijf zoals bijvoorbeeld IKEA of de eigen hogeschool de SDG’s heeft geïmplementeerd. En om vervolgens met een advies te komen over hoe zij de volgende stap kunnen zetten. Zo leren ze onderzoek doen en tegelijkertijd maken ze kennis met de SDG’s.
Het moet dus praktisch toepasbaar zijn?
Van Kaam: Ja. Het gaat erom de dingen concreet te maken. Wat hangt er bij jou in de kast? Wat eet jij? Wat zie jij een bedrijf doen? Dat zie je ook bij de acties van de studenten die zelf ondernemen. Bijvoorbeeld met de Green Offices, de duurzame studentenplatformen. Een keer gingen ze bij een supermarkt uitzoeken wat voor plastic daar allemaal in de vakken lag. Dat is een voorbeeld van een hele praktische vraag waarmee studenten mee op pad kunnen. Op basis daarvan kun je dan gaan kijken naar het totaalsysteem van voeding, vlees, verpakkingen enzovoort.
De coronacrisis heeft nog maar eens duidelijk gemaakt hoe alle ketens met elkaar samenhangen. We weten intussen dat we met de SDG’s die vraagstukken met elkaar én met de studenten kunnen verbinden.
De coronacrisis leidt tot veel onzekerheid, maar biedt ook kansen om een nieuwe, duurzame richting in te slaan. Was dat bij jullie hogeschool het geval?
Van Kaam: Tijdens de crisis hebben mensen zich typisch afgevraagd waar ze precies mee bezig zijn. Dat leidt dan tot kritiek op het beleid of tot nieuwe manieren van werken. Bij Avans is die reactie er minder geweest, net omdat we al eerder keuzes hadden gemaakt in Ambitie 2025 over de periode tussen 2020 en 2025. Daarbij hadden we de SDG’s al centraal gezet. De coronacrisis was om die reden niet echt een wake-up call voor een duurzame omwenteling. Die inhoud was er al.
Welke lessen trekken jullie uit de coronacrisis?
Van Kaam: De crisis heeft nog maar eens duidelijk gemaakt hoe alle ketens met elkaar samenhangen. We weten intussen dat we met hulp van de SDG’s die vraagstukken met elkaar én met de studenten kunnen verbinden. Een volgende stap is om nu ook binnen het onderzoek en onderwijs sterkere verbanden te creëren. Studenten studeren nu typisch onafhankelijk van elkaar en zelfstandig af. Maar hoe mooi zou het zijn als meerdere onderzoekers en studenten uit verschillende studierichtingen en niveaus meer met elkaar gaan samenwerken aan vraagstukken, net zoals bedrijven dat ook doen.